Aad de Jong werkt als magazijnmedewerker bij ComfortShop. Hij is al 12 jaar in dienst. Op zekere dag, en voor De Jong kwade dag, verstuikt hij zijn enkel en moet de enkel in het gips. Aad de Jong meldt zich ziek. Wat zijn nu voor werkgever en werknemer de vervolgstappen.
Een werkgever dient zich aan een aantal bepalingen te houden in geval van ziekte van een werknemer. Zo is de werkgever verplicht om in ieder geval gedurende twee jaar 70 % van het loon door te betalen. Dit kan anders zijn wanneer er een CAO van toepassing is, die verplicht dat er 100 % wordt doorbetaald. De werkgever dient de ziekmelding uiterlijk de 4e dag van de ziekte te melden bij de Arbodienst. Vervolgens dient de Arbodienst haar oordeel te geven over het ziekteverzuim. De Arbodienst beschrijft dan wat hun diagnose is, welke behandeling er van toepassing is en de verwachtingen voor de toekomst.
Vervolgens dient er door Aad de Jong en zijn werkgever een plan van aanpak te worden opgesteld, en dient te worden besproken hoe de terugkeer op de werkplek dient te geschieden. Dit kan een terugkeer zijn naar het eigen werk van Aad de Jong of naar ander werk. De werkgever is in het geval Aad de Jong niet terug kan naar het magazijn verplicht om passende arbeid aan te bieden.
Indien uit het onderzoek blijkt van de Arbodienst met een arbeidsdeskundige, dat een terugkeer naar de eigen werkzaamheden niet mogelijk is dan dient gekeken te worden naar ander passend werk binnen de onderneming. In zo’n geval zal er een nieuwe arbeidsovereenkomst moeten worden opgemaakt. Wanneer Aad de Jong dan weer ziek wordt, is er opnieuw een recht op loondoorbetaling gedurende 104 weken voor Aad de Jong.
Waar dient een werknemer zich dan aan te houden in verband met het recht op loon tijdens ziekte? Aad de Jong heeft een inlichtingenplicht om het mogelijk te maken voor zijn werkgever om het recht op loon vast te stellen. Aad de Jong hoeft niet de oorzaak van zijn ziekte mede te delen. Deze informatie dient hij wel te melden aan de Arboarts die vervolgens op gepaste wijze de werkgever informeert. In dat verband moet Aad de Jong voldoen aan controlevoorschriften van de werkgever. De werkgever kan bijvoorbeeld de Arbodienst opdracht geven de werknemer op te roepen voor een beoordeling van de aard van de ziekte. Als een werknemer zich niet aan de voorschriften van de Arbodienst houdt, heeft de werkgever de mogelijkheid om het loon op te schorten. Van de werknemer wordt een actieve houding verwacht als het gaat om het terugkeren naar de eigen werkplek of ander passend werk. Hij kan verplicht worden om indien het eigen werk niet meer mogelijk is cursussen of trainingen te volgen om in andere passende arbeid in te stappen. Indien de werknemer ten onrechte de passende arbeid weigert kan de werkgever de loonbetaling opschorten.
Passende arbeid is die arbeid voor de werknemer die van hem gevergd kan worden gelet op zijn lichamelijke of geestelijke toestand. In het geval van Aad de Jong zou passende arbeid kunnen betekenen dat hij weliswaar niet in het magazijn zijn werkzaamheden meer kan verrichten maar wel geschikt is om de telefoon op te nemen of ander zittend werk te doen.
In één van de volgende uitgaven zullen we u nader informeren over wat de mogelijkheden zijn indien zowel terugkeer op de eigen werkplek als andere passende arbeid binnen de onderneming niet mogelijk is. Wij zullen dan tevens ingaan op het feit wat er gebeurt als er verschil van inzicht bestaat over het al dan niet ziek zijn.