Vernietiging opzegging in strijd met opzegverbod tijdens ziekte
Tijdens de eerste twee jaar van ziekte mag in beginsel niet overgegaan worden tot de opzegging van een arbeidsovereenkomst. Deze regel is vastgelegd in de wet om te voorkomen dat zieke werknemers vanwege hun ziekte ontslagen worden door hun werkgever. Ook zouden de werknemers dan ziek uit dienst gaan waardoor zij wellicht een beroep zouden moeten doen op een uitkering. Dat het voor werkgevers wettelijk gezien niet is toegestaan om tijdens ziekte een arbeidsovereenkomst op te zeggen, wil natuurlijk niet zeggen dat dit ook nooit gebeurt. Gelijk hebben en gelijk krijgen zijn immers twee totaal verschillende dingen.
De vernietiging van een opzegging in strijd met het opzegverbod tijdens ziekte moet binnen twee maanden na de opzegging worden ingeroepen. De vernietiging zelf is vormvrij en mag zowel mondeling als schriftelijk mag plaatsvinden. In verband met bewijs is het verstandig om de vernietiging schriftelijk in te roepen.
De termijn om de vernietiging in te roepen betreft een vervaltermijn. Wanneer een vervaltermijn wordt overschreden, betekent dit in principe dat het recht op de vordering is komen te vervallen en niet meer ingeroepen kan worden. Door het gebruik van vervaltermijnen wordt getracht te voorkomen dat partijen worden geconfronteerd met oude vorderingen. Omdat na het verlopen van de vervaltermijn een vordering niet meer bestaat, is het erg belangrijk om vervaltermijnen goed in de gaten te houden.
Het enkele feit dat de termijn om de vernietiging in te roepen verstreken is, wil niet zeggen dat er helemaal geen mogelijkheden meer zijn. Een wedertewerkstelling of loondoorbetaling kan niet meer gevorderd worden als een arbeidsovereenkomst onherroepelijk geëindigd is. Soms kan het echter wel zo zijn dat de opzegging kennelijk onredelijk is, gezien de gevolgen van de opzegging voor de werknemer. In dat geval kan de werknemer een schadevergoeding eisen. Let echter op! Ook deze vordering moet tijdig ingediend worden. De termijn hiervoor bedraagt echter geen twee maar zes maanden na einde dienstverband.
Jan werkt in de horeca en is al enkele weken ziek, ten gevolge waarvan hij niet in staat is zijn werkzaamheden uit te voeren. De werkgever van Jan kan zich hiermee niet langer verenigen en roept Jan bij zich. Daarop krijgt Jan te horen dat zijn dienstverband wordt opgezegd met inachtneming van een opzegtermijn van een maand, hetgeen betekent dat Jan nog een maand loon ontvangt van zijn werkgever. Jan kan zich met de beëindiging van zijn dienstverband niet verenigen, maar heeft even tijd nodig om een en ander te verwerken. Na drie maanden wendt Jan zich tot een rechtsbijstandverlener. Daar komt hem ter ore dat, wanneer een werkgever heeft opgezegd in strijd met een zogeheten opzegverbod, de werknemer binnen twee maanden deze opzegging dient te vernietigen. Overschrijding van deze termijn heeft tot gevolg dat de beëindiging van de arbeidsovereenkomst is komen vast te staan. Jan kan na drie maanden niet langer de vernietiging van het ontslag inroepen, hetgeen concreet betekent dat het dienstverband van Jan feitelijk is geëindigd. Daarbij komt dat de aanspraak op een uitkering uit hoofde van de ZW hierdoor mogelijk niet tot stand komt. Immers, had Jan tijdig de vernietigbaarheid van het ontslag ingeroepen, dan had hij thans nog zijn baan gehad. De uitkerende instantie kan zich derhalve op het standpunt stellen dat Jan verwijtbaar heeft gehandeld dan wel UWV heeft benadeeld, met als gevolg dat Jan geen ZW- uitkering krijgt. Omdat Jan arbeidsongeschikt is komt hij ook niet in aanmerking voor een WW-uitkering.
Snel en correct handelen is in de bovenstaande situatie zowel voor de werkgever als de werknemer van groot belang. Wanneer u ook te maken krijgt met een opzegging tijdens ziekte, kunt u zich bij ons laten informeren over de consequenties en mogelijkheden.