Wanneer een werknemer zich ziek meldt dan zal de werkgever vaak vragen stellen aan de werknemer over zijn ziekmelding. Vaak voelt de werknemer zich ten onrechte verplicht om spontaan medische informatie te verstrekken aan zijn werkgever. Vaak zal de werkgever ook teveel informatie vragen aan de werknemer over zijn gezondheid, waarop de werknemer niet behoeft in te gaan.
De Autoriteit Persoonsgegevens (voorheen het College Bescherming Persoonsgegevens) heeft onlangs beleidsregels uitgevaardigd omtrent de verwerking van gegevens over de gezondheid van (zieke) werknemers. In deze beleidsregels is onder andere aangegeven wat een werknemer wel of niet behoeft mede te delen en wat de werkgever wel of niet mag vragen aan een zieke werknemer.
Als een werknemer ziek is, dient hij dit zo spoedig mogelijk aan de werkgever te melden, zodat de onderneming of organisatie hier rekening mee kan houden in verband met de uitvoering van de werkzaamheden. Op grond van de hiervoor genoemde beleidsregels mag een werkgever slechts een zeer beperkt aantal vragen stellen en beperkte gegevens registreren over de ziekmelding van de werknemer, namelijk:
- het telefoonnummer en (verpleeg) adres;
- de vermoedelijke duur van het verzuim;
- doorlopende afspraken en werkzaamheden;
- of de werknemer onder één van de vangnetbepalingen van de Ziektewet valt (maar niet onder welke vangnetbepaling hij valt);
- of de ziekte verband houdt met een arbeidsongeval;
- of er sprake is van een verkeersongeval waarbij een eventueel aansprakelijke derde betrokken is (in verband met een verhaalsmogelijkheid voor de werkgever).
De werkgever mag in principe dus geen andere gegevens over de gezondheid vragen, zelfs niet als de werknemer hiervoor toestemming geeft. Een spiegelbeeld hiervan is dat de werknemer deze medische informatie ook niet spontaan of op verzoek van de werkgever behoeft te verstrekken. Hierop bestaat één belangrijke uitzondering. Wanneer een werknemer een ziekte heeft waarbij het noodzakelijk kan zijn dat directe collega’s in geval van nood weten hoe zij moeten handelen, bijvoorbeeld bij epilepsie of suikerziekte, mag de werkgever vrijwillig door werknemer verstrekte gegevens over zijn ziekte registreren.
Hoofdregel: een werkgever mag niets over de gezondheid van sollicitanten vragen. Ook mag geen vraag gesteld worden over het verzuimverleden van de sollicitant. Een sollicitant hoeft tijdens het sollicitatiegesprek geen gegevens over zijn gezondheid te verstrekken die niet rechtstreeks van belang zijn voor de uitoefening van de functie waarnaar hij solliciteert. Dit is slechts anders als de sollicitant redelijkerwijs zou moeten begrijpen dat bepaalde gezondheidsklachten hem ongeschikt zouden maken voor de functie. Dan rust er op de sollicitant wel een mededelingsplicht. Voldoet hij niet aan deze mededelingsplicht, dan kan dit leiden tot een loonsanctie danwel ontslag (op staande voet).
Uitzondering: indien aan zeer strenge voorwaarden wordt voldaan mag de werkgever een zogenaamde aanstellingskeuring uitvoeren. De belangrijkste voorwaarde hierbij is dat de toekomstige functie bijzondere eisen stelt aan de medische geschiktheid van de sollicitant. Denk bijvoorbeeld aan iemand die als militair bij Defensie wil werken of als piloot bij de KLM. Tijdens zo’n keuring mogen slechts (medische) aspecten worden onderzocht die noodzakelijk zijn voor de vervulling van de functie. Tot slot mag de bedrijfsarts de uitslag van de keuring, in termen van “geschikt” en “ongeschikt”, alleen met toestemming van de sollicitant met de werkgever delen.